Menselijk brein niet geschikt voor digitale samenleving

Menselijk brein niet geschikt voor digitale samenleving

De samenleving digitaliseert in rap tempo en uiteraard blijft de parkeerwereld hierin niet achter. Wat betekent dat voor de automobilist en waar moeten overheden op letten? We vroegen het aan Kees Verhoeven, die op het SHPV-congres in september een keynote houdt over digitalisering.

“Iedereen heeft gevoel bij parkeren en verkeer. Bij het voorbereiden van mijn keynote ga ik nadenken over wat je kunt met digitalisering en parkeerbeleid, wat de raakvlakken zijn”, vertelt Kees Verhoeven. Hij is oprichter van Bureau Digitale Zaken en zet zich als zelfstandig ondernemer in voor goed gebruik van digitale technologie door mensen, organisaties en de samenleving als geheel. Op 26 september geeft hij een keynote op het SHPV-congres voor professionals uit de parkeerbranche. “Ik kijk met een digitale bril naar parkeren. Op die manier hoop ik een match te vinden tussen mijn kennis van de techniek en een doelgroep die daar iets mee wil.”

Welk doel dient digitalisering

In het woud van parkeerapps die de ouderwetse meter en blauwe schijf steeds meer vervangen zijn er ook mensen die buiten de boot vallen omdat ze digitaal niet vaardig genoeg zijn. Verhoeven herkent dit. “Dat is altijd een uitdaging. Ik was laatst op een event van de klantencontactbranche. Ze werken daar steeds meer met chatbots, maar de klanttevredenheid wordt daar niet beter van. En op het gebied van parkeren zie ik het ook. Ik vind het fijn om bij een automaat gewoon een kaartje te halen. Maar soms kan het alleen met een app die ik niet heb. Je moet je afvragen welk doel het digitaliseren dient. Het klassieke verhaal van vergaderstukken die verstuurd werden in plaats van uitgedeeld, maar die vervolgens iedereen thuis ging uitprinten sluit hierbij aan.”

In hoeverre moet je digitalisering doorvoeren als een deel van de bevolking er moeite mee heeft? Een kwestie van goed afwegen, vindt Verhoeven. “Als het digitaliseren van parkeren ontegenzeggelijk veel voordelen biedt, bijvoorbeeld op het gebied van handhaving, dan moet je het doen. De capaciteit die je ermee vrijspeelt kan je vervolgens gebruiken om mensen te helpen die het lastig vinden om met apps en dergelijke om te gaan.” Het is een misverstand dat dat alleen maar ouderen zijn. “Ik rijd zelf weinig auto, maar laatst stond ik in een parkeergarage en toen kwam ik er zelfs niet uit hoe ik moest betalen. En ik kan toch zeggen digitaal goed onderlegd te zijn.”

Rattenbrein

De invloed die digitalisering op ons leven heeft is gigantisch, stelt Verhoeven. “Het heeft een giga impact op onze handelingen. Je kunt stellen dat zelfs autorijden ook een digitale handeling is geworden. Een auto is immers een soort smartphone op wielen.” Dat niet iedereen de ontwikkelingen goed kan bijhouden is niet raar. “Het is een kwestie van evolutie versus revolutie. De digitale revolutie van de afgelopen decennia levert een mismatch op met onze evolutie. Wij hebben namelijk een oud, primitief brein dat lijkt op dat van een rat. Eigenlijk zijn wij niet goed in staat om die snelle wereld op te pakken en digitale middelen te gebruiken.” Dat we het zo goed en zo kwaad als het gaat toch doen komt niet doordat ons brein zich aanpast. “Onze nature verandert niet zozeer. Jongeren hebben nog steeds hetzelfde brein, maar weten digitale tools wel beter te gebruiken omdat ze er een groter deel van hun leven mee werken. Ouderen hebben gewoonweg niet geleerd om ermee om te gaan.”

Gebruik maken van denkfouten

Met deze wetenschap in het achterhoofd is het van cruciaal belang dat apps en andere digitale middelen zo toegankelijk en gebruiksvriendelijk mogelijk worden gemaakt. “Mensen maken altijd dezelfde denkfouten. Welke dat zijn is in de loop der tijd steeds bekender geworden.” Dit gegeven kan weer gebruikt worden om gedrag te beïnvloeden, iets wat in de parkeerwereld van pas kan komen.

En dan is er nog de kwestie privacy. Een thema dat zeker niet licht opgevat moet worden. Door kentekenregistratie moet je een deel van die privacy opgeven. “Er is zeker een groep mensen die daar niet van gediend is”, weet Verhoeven. “Zelf vind ik het ook niet altijd prettig. Bij de dialoog over het verzamelen van data moet je altijd een waardenweging doen. Privacy is een van die waarden, net als grip op parkeerdruk, leefbaarheid in een stad of handhaving. Door elke waarde goed af te wegen, kan je bepalen of het nodig is om persoonlijke gegevens te verzamelen.”

permalink

Naar het overzicht

Terug naar boven